Swaffelen: Van Dale op drift

Geplaatst op november 29, 2008 | Gearchiveerd onder The Semidaily Kuitenbrouwser | Reageer

Juist, dus ‘swaffelen’ is het Woord van het Jaar 2008. Misschien een goed moment om deze onzinnige verkiezing maar ten grave te dragen.

Het Woord van het Jaar is een activiteit van Van Dale, samen met het Genootschap Onze Taal en Dagblad De Pers. De motor erachter is de hoofdredacteur van Van Dale, Ton den Boon. Sinds hij bij Van Dale de leiding overnam spant Den Boon zich in om ons nationale woordenboek en in ruimere zin het merk Van Dale een eigentijds imago te geven, dat anders stellig zou vergrijzen. Gewichtige woordenboeken mogen in dit tijdsgewricht dan weinig appeal hebben, voor taalvernieuwing, turbotaal, trends, hippe neologismen, is bij jongeren wel degelijk belangstelling, zie het succes van populair sociolinguistische boekjes maar ook het succes rappers als Extince en De Jeugd Van Tegenwoordig. Van Dale haakt in op die interesse, door de dikke Van Dale steeds vaker te herzien en op te leuken met modetaal waarvan het de vraag is of die thuishoort in een serieus woordenboek (‘harrypotterbril’, ‘giacomettifiguur’) en door in december een inventaris te maken van de nieuwe woorden die dat jaar heeft opgeleverd. Leuk boekje voor naast de kassa tijdens de feestdagen.

Maar wat is een nieuw woord?

Er heeft vast wel eens iemand een omelet met augurken gebakken. Maar was er toen sprake van een nieuw gerecht? Of is iets pas een ‘gerecht’  als het door anderen wordt overgenomen, als het in kookboeken komt te staan, of op restaurantkaarten verschijnt. Dat gebeurde bijvoorbeeld met de junkfood-innovatie ‘kapsalon’ (patat, shoarma en gesmolten kaas) die sinds kort ook in andere snackbars te koop is dan de Rotterdamse cafetaria waar hij werd uitgevonden. Nieuw gerecht, nieuw woord, dat overigens niet op de shortlist van Van Dale staat. Als iemand, een journalist, een blogger, of zomaar iemand op een chat-site, naar aanleiding van de affaire Duyvendak van ‘duyvendakken’ spreekt, een van de genomineerden voor 2008, is dat dan een nieuw woord? Op Internet komt het ongeveer 4500 keer voor, maar dat zijn allemaal verwijzingen naar de verkiezing van het woord van het jaar, van primair gebruik is niet één voorbeeld te vinden. Vraag mensen op straat wat het woord van 2008 was en de overgrote meerderheid zal zeggen ‘kredietcrisis’. Het staat niet op Den Boon’s lijst, waarschijnlijk omdat het te voor de hand liggend is. Daar haal je RTL Boulevard en SBS Shownieuws niet mee.

Lexicografie is niet alle woorden die je tegenkomt in een boek zetten, het is ook onderzoeken wat zo’n woord betekent, of het iets toevoegt, waar het voor staat, of het van voldoende gewicht is om te worden opgenomen in de nationale woordenschat. Inderdaad, al die arbitraire en elitaire afwegingen die tegenwoordig zo suspect zijn. Bij Van Dale blijkbaar ook, want elke geinige nieuwvorming die ze tegenkomen (veelal vergezochte gelegenheidssamenstellingen van journalisten – horroropa, hufterindex, slaaprijden, bankendomino) komt op de lijst en ‘saaie’, zoals kredietcrisis, vallen af.

Zo ook met ‘swaffelen’, het met de penis ergens tegenaan slaan (‘tikken’ schrijft Den Boon, die wellicht een piercing heeft?), in het nieuws gekomen toen een Nederlandse scholier op YouTube liet zien hoe hij de Taj Mahal ‘geswaffeld’ had. Een subcultureel fenomeen dat vroeger misschien niet eens op de taalradar zou verschijnen, maar dankzij internet en de journalistieke drempelverlaging onmiddellijk in de mainstream wordt gekatapulteerd. Dezelfde plebsdweep (míjn woord van 2008) schrijft voor dat het ‘Woord van het Jaar’ alleen kan worden aangewezen bij plebisciet, hetgeen natuurlijk per internet gaat. En warempel, hoe is het mogelijk, swaffelen wordt het ’woord’ ‘van het jaar’. Vervolgens meldt zich de onvermijdelijke ex-student die beweert dat hij en zijn dispuutgenoten begin jaren negentig in Groningen al veelvuldig met hun jodokus op barkrukken sloegen, en het einde van het verhaal is dat de verkiezing gemanipuleerd blijkt door Geen Stijl, die eerder ooit Rachel Hazes verkozen wisten te krijgen als Nederlander van het Jaar.

Ziedaar de wereld van populistische platheid waartoe onze nationale lexicograaf zijn toevlucht heeft gezocht. Erg verheffend allemaal, om eens een woord van de vorige eeuw te gebruiken. Met taalcultuur heeft het weinig meer te maken, maar daar gaat het Van Dale blijkbaar ook niet om. Publiciteit, een hip imago, ‘de jeugd bereiken’, daar gaat het om. Al moeten we de taal ervoor opofferen, Van Dale zal blijven bestaan!

Ik denk dat ik een dezer dagen de Taj Mahal van de Nederlandse taal maar eens ga swaffelen, het hoofdkantoor van Van Dale. En als de hoofdredacteur net naar buiten mocht komen, swaffel ik hem nog even mee.

Reacties

Laat een bericht achter