Uitgepraat

Geplaatst op augustus 23, 2010 | Gearchiveerd onder The Semidaily Kuitenbrouwser | Reageer

(NRC Next, 24 augustus 2010)

Terwijl Nederland op vakantie was werd de stekker uit de televisiezender Het Gesprek getrokken. Ik kreeg laatst nog een telefoontje van ze of ik mee wilde doen aan ‘1 op 1″ – een ontmoeting in de studio met een onbekende. De onbekende had ook toegezegd. Wie zou  dat toch geweest zijn? Dat zullen we nu wel nooit meer weten. Of ik moet naar de openbare verkoping van de inboedel gaan, alle computers opkopen. Dat de kijkcijfers de laatste tijd niet verbeterden, verbaast me niet. Het was een beetje een santekraam geworden, die zender. Een elektronische zeepkist voor mensen met audiovisuele geldingsdrang. Een digitale vorm van vanity publishing, als deze term uit het boekenvak u iets zegt. Enfin, hulde voor de dappere initiatiefnemers. Nederland is te klein voor dit soort producten. En te splijtziek. Want terwijl we als klein landje al worstelen met een (te) krapbemeten afzetmarkt voor taalgevoelige producten, zitten we op dat te kleine speelveld ook nog eens dwangmatig landjepik te spelen, in plaats van de krachten juist te bundelen. Er is geen land ter werelddat op zo weinig inwoners zoveel tv-kanalen heeft! De Publieke Omroep moet inderdaad zo snel mogelijk op de schop, maar niet in de zin zoals Wilders dat beoogt. Dat de Publieke Omroep ‘links’ of iets dergelijk zou zijn, of ‘elitair’, is het probleem helemaal niet. Sektarisme, hobbyisme, amateurisme, dát is het probleem. Die verenigingsstructuur moet zo snel mogelijk worden opgeheven. Te vervangen door een BBC-model, zonder STER.

In discussies over de Publieke Omroep wordt vaak verwezen naar het ideaal dat er destijds achter zat: pluriformiteit, een stelsel dat recht deed aan de verzuiling. Welnu, die verzuiling is al lang verdwenen, de Nederlandse samenleving kent evenveel ‘zuilen’ als een bos bomen. En dat is maar één kant van het verhaal. Waarom moesten al die zendzuiltjes destijds in één wettelijk stelsel ondergebracht? Omdat etherruimte ‘schaars’ was: het aantal kanalen was beperkt, dat moest eerlijk verdeeld. Ook die schaarste is al lang verleden tijd: één draadje is al genoeg om een huishouden te voorzien van meer radio en tv-kanalen dan het ooit kan wensen, laat staan consumeren. En dan zwijg ik nog even van internet. De Publieke Omroep is een meervoudig anachronisme, waar wij 600 miljoen euro per jaar aan uitgeven. Een moloch, loom van de subsidies, die frisse, eigentijdse initiatieven als Het Gesprek, onder z’n luie, verwende gat verplettert. Initiatieven ondernomen met hetzelfde lef waarmee honderd jaar geleden krant gesticht werd die u vandaag voor geen goud zou willen missen. Maar die, als er op dat moment zwaar gesubsidieerde Publieke Kranten waren geweest, geen schijn van kans had gehad.

Reacties

Laat een bericht achter