Trump en de GOP: something’s gotta give

Geplaatst op juni 12, 2016 | Gearchiveerd onder NRC HANDELSBLAD, The Semidaily Kuitenbrouwser | 2 Reacties

Nu Trump dé presidentskandidaat van de Republikeinen is, probeert de partij hem op te voeden tot een ‘echte’ politicus. In deze variant op My Fair Lady is de rol van Henry Higgins, de taalproffessor die dakloze Eliza Doolittle moet klaarstoomt voor de society, toebedeeld aan de Republikeinse majority-leader Mitch McConnell, zelf de vleesgeworden conventie.

‘Heb je een script?’ vroeg hij onlangs aan Trump voor hij opging voor een speech. Trump toonde hem zijn lege zakken: ‘Ik gebruik nooit scripts. It’s boring.’ Gevraagd naar het gebruik van autocue verklaart Trump afwisselend dat hij er niet in gelooft en dat ze geweldig zijn. Hij ridiculiseert Hillary Clinton omdat zij nooit zonder spreekt – ‘Het gebruik van autocue door presidentskandidaten zou verboden moeten zijn!’ – en doet het de volgende dag zelf ook.

Luister tien minuten naar Donald Trump en de kamer hangt vol vraagtekens. Vrouwen moeten werken én thuis blijven. Hij maakt de zaken graag ‘zo simpel mogelijk’, maar ook  graag ‘zó ingewikkeld dat niemand ze begrijpt.’ Hij is ‘geen politicus’, maar ook ‘gewoon een politicus’. Hij is pro choice én pro life.

Als íets mensen ergert aan politici dan is het dat zij het ene moment dit zeggen en het volgende moment dat. Ijverig zet de politieke pers de contradicties van Donald Trump op een rij, en gestaag stijgt hij in de peilingen. Inconsistentie doet afbreuk aan je geloofwaardigheid, zegt het handboek voor de politicus, maar voor Trump geldt dit blijkbaar niet.

Nóg zelfdestructiever voor een politicus is het beledigen van minderheden, iets waar Trump volgens het Republikeinse establishment dringend mee op moet houden. Hij is verwikkeld in een rechtszaak over een van zijn ondernemingen. De rechter is van Mexicaanse afkomst. ‘En dus kan hij mijn zaak niet berechten’, zei Trump, ‘want ik ga een muur tussen Amerika en Mexico bouwen’. Peilingen wezen direct uit dat het Amerikaanse publiek dit een racistische opmerking vindt. Een ‘echte’ politicus zou direct door het stof gaan. Het is de strategie die elke expert adviseert: snel een ondubbelzinnig excuus, niet meer op terugkomen en de kwestie overschaduwen met iets positiefs. Vooral niet ‘wrijven in de vlek’, zoals het heet. Wat doet Trump? Hij nam niets terug en bleef maar op de kwestie terugkomen. Tijdens een opnieuw volledig geïmproviseerde verkiezingsspeech nam hij tien minuten voor een warrige uiteenzetting over die uiterst gecompliceerde rechtszaak, inclusief, wederom, de etnische achtergrond van de rechter. Kort daarop gooide hij er in het veelbekeken Face The Nation nog een schepje bovenop met de stelling dat zijn bezwaar uiteraard ook zou gelden voor een ‘moslimrechter’. Dit was geen wrijven in de vlek meer, dit was een kliederfeest. Als een Tell Sell-verkoper pakte Trump een pot salsa en een bakje humus, kiepte ze om en begon te knijen als een kind met vingerverf. Campagne-experts en andere politieke deskundigen knepen zich in de arm. Het was alsof ze bakstenen omhoog zagen vallen. Gebeurt dit echt? ‘Ik begrijp er geen snars van,’ sprak een strateeg die eerder voor de Republikeinen werkte. ‘Als strateeg, als echtgenoot, als huizenbezitter en als mens.’

Al die ‘deskundigen’ die Trump nu gevraagd en ongevraagd advies geven, die van deze gifted amateur (Newt Gingrich) een heuse professional proberen maken – het doet denken aan 2001. Toen de begaafde amateur Pim Fortuyn lijsttrekker werd van Leefbaar Nederland en ervaren vaklui als Kai van der Linde en Jan Nagel hem gingen uitleggen wat hij wel en niet kon zeggen.  Fortuyn hield het al gauw voor gezien en trok zijn eigen plan. Om te demonstreren dat al die do’s en dont’s van de politiek behalve een bescherming tegen fatale fouten ook een hinderpaal voor succes kunnen zijn. Precies wat Trump nu ook doet. Hij breekt elke regel van het handboek, en de virtuele kiezers zijn niet aan te slepen. Amerika kijkt zijn ogen uit, maar wij hebben het eerder gezien.

Op weg naar zijn auto wordt Fortuyn aangeklampt door een lastige verslaggeefster, en tegenover tientallen camera’s en microfoons zegt hij: ‘Ach mevrouw, ga toch koken. Dat is beter.’ Nooit, maar dan ook echt nooit doen, zegt het handboek voor de politicus, hou de pers te vriend, wees likeable. Mogelijk, maar voor Pim Fortuyn was het de start van een onstuitbare opmars.

Fortuyn en Wilders kregen binnen Leefbaar Nederland en de VVD onvoldoende ruimte, en zo ontstonden LPF en PVV. Trump zit nog in de fase dat hij en ‘zijn’ partij tot een vergelijk proberen te komen. Er zijn twee mogelijkheden: Trump verGOP’t, of de GOP verTrumpt. Maar something’s gotta give.


Reacties

2 Reacties to “Trump en de GOP: something’s gotta give”

  1. M. Lemmens on juni 13th, 2016 09:23

    De ongepolijstheid van Trump zien zijn kiezers als authenticiteit en eerlijkheid. Zijn kapsel staat daar symbool voor. Ieder ander had allang zijn haar gefatsoeneerd, maar voor Trump is het een teken van zijn eigenzinnigheid. Dat hij zichzelf voortdurend tegenspreekt en veel beloftes niet waar kan maken valt zin achterban niet eens op. Logica werkt niet in een campagne, gevoelsargumenten beter dan ooit.

  2. P.Kirchhoff on december 3rd, 2016 21:00

    Al die goedbedoelde adviezen maken van een politicus een gladde aal die all een daarom bij veel mensen weerstand oproept.
    Pim Fortuyn was authentiek en scoorde daarmee bij mensen die uitgekeken zijn op al die gladjakkers in de politiek.
    Asscher is ook zo een gladjakker die zich met praatjes uit conflicten red.
    Ik denk dat het gebrek aan oprechte belangstelling voor de kiezers hem zal opbreken. Kijk eens naar zijn wapenfeiten. Mislukte flexwetgeving die inmiddels 10.000 ZZPers werkeloos heeft gemaakt. Het gedrocht maakt het aanstellen van invallers voor de klas onmogelijk. Allemaal effecten die vooraf bekend waren. Bewindslieden krijgen te veel ruimte om hun drieste plannen door te drijven. Weekers was daar ook een voorbeeld van.
    Wiebes belooft een oplossing maar wil zich nergens op vastleggen.
    Daar kunnen werkgevers niets mee, de risico’s zijn tw groot dat er toch een naheffing volgt.

Laat een bericht achter